Machtspolitiek
In 2005 hebben de homeopathische artsen een dik dossier met het beschikbare bewijs voor homeopathie aangeboden aan het College voor Zorgverzekeringen (CVZ). Dit dossier was opgesteld in overleg met en op voorstel van het CVZ zelf. Hierop kwam in maart 2007 een afwijzing. Het CVZ stelt hierin, in tegenstelling tot het aangeboden rapport dat “.. toetsing volgens “evidence based medicine” principes van complementaire/alternatieve geneeswijzen op dit moment niet mogelijk is”. In dezelfde brief stelde het CVZ: “Ook bestaat er bij de homeopathie een sterke contextwerking: zo kan de tijd en aandacht die besteed wordt aan de patiënt op zich al leiden tot reductie van klachten. Juist om deze redenen is het noodzakelijk om gerandomiseerd onderzoek te verrichten ..”.
Deze zin verbaasde ons omdat het meer dan vuistdikke rapport dat door ons was ingediend juist over het reeds verrichte gerandomiseerd onderzoek ging. Wij hebben op 2 oktober 2007 hierover een gesprek gehad op het kantoor van het CVZ. Op onze vraag wat deze zin betekende en wat men vond van het door ons ingediende gerandomiseerd bewijs gaf de beoordelende medisch adviseur toe dat zij het rapport niet gelezen had! Een op aanwijzingen van het CVZ samengesteld dossier (honderden uren werk) was ongelezen beantwoord. Uit eerdere analysen was nooit gebleken dat beoordeling volgens de EBM methode (Evidence Based Medicine) niet mogelijk was, ook niet uit de door de Staatssecretaris Volksgezondheid bestelde analyse door de Universiteit Maastricht.