Wetenschappelijke roddels
U weet wel hoe roddels zich ontwikkelen. Het begint met “Mevrouw Jansen heeft gisteren een gesprek met de buurman gehad” en na enkele malen mond-op-mond overdracht wordt het “Mevrouw Jansen heeft al jaren een verhouding met de buurman”.
Wetenschappers zijn net mensen, we moeten dat alleen nog in de gaten krijgen. Neem de roddel over homeopathie. Het begint met “Het bewijs voor homeopathie doet niet onder voor het beste regulier bewijs” en het eindigt met “Het is bewezen dat homeopathie voor geen enkele indicatie werkt”. Dit verloop zegt meer over de wetenschappelijke wereld dan over het bewijs voor homeopathie, want dat is in de loop der jaren niet slechter geworden.
Dat homeopathe werkt is een ongemakkelijke waarheid voor wetenschappers. Denk je eens in: je bent wetenschapper op grond van kennis die in eeuwen wordt opgebouwd en dan zou je iets moeten accepteren waar je geen greintje verstand van hebt. Ineens ben je dan geen hooggeleerde wetenschapper meer, maar moet je die nieuwe kennis als een novice opbouwen. De wetenschapsfilosoof Kuhn heeft ons op dat probleem gewezen.
We kunnen inmiddels de wetenschappelijke roddel over homeopathie stap-voor-stap volgen. Het begint met een wetenschapper, de Zwitserse epidemioloog Egger, die zegt: “Inderdaad, de cijfers geven homeopathie gelijk, maar aan die cijfers zie je niet de kwaliteit die erachter zit; slecht onderzoek geeft teveel effect”. Hij vergelijkt de kwaliteit van homeopathie onderzoek met die van regulier onderzoek en helaas, de kwaliteit van homeopathie onderzoek is beter. De mens Egger gaat nu natuurlijk niet zijn positie opgeven. Hij schudt het bewijs eens flink door elkaar en komt dan uiteindelijk op grond van een geheime selectie van 8 uit 110 onderzoeken tot de conclusie “Met deze selectie werkt homeopathie, maar dat kan op toeval berusten”. Als je zoiets met reguliere geneeskunde zou doen kun je je wetenschappelijke carriere wel afschrijven, maar nu was dit erg welkom. “Het einde van de homeopathie” riepen de wetenschappers.
Dat was in 2005, maar in 2015 gebruikten nog steeds honderden miljoenen mensen homeopathie. Toen deed de Australische NHMRC er in 2015 een stapje bovenop: “Homeopathie werkt voor geen enkele indicatie”. Als je dat rapport leest staat er in werkelijkheid dat er wel bewijs is voor een aantal indicaties, maar dat bewijs is volgens de NHMRC niet ‘goed’ genoeg of niet ‘groot’ genoeg. De begrippen ‘goed’ en ‘groot’ krijgen hier een nieuwe definitie die bij de gewenste conclusie past.
De wetenschappers pretenderen de patiënten te beschermen, maar beschermen hun eigen positie ten koste van patiënten. Neem de bovenste luchtweginfecties. Dit is de voornaamste reden om antiobiotica voor te schrijven en naar verwachting wordt antibioticaresistentie binnen enkele decennia de grootste doodsoorzaak met tien miljoen doden per jaar. In 2005 vond Egger een sterk effect van homeopathie op grond van 8 onderzoeken. Tien jaar later vond de NHMRC slechts 3 onderzoeken en het bewijs was daarmee onvoldoende om met homeopathie het gebruik van antibiotica te verminderen.
Een ander voorbeeld is homeopathie bij depressie. Ook hier was er bewijs voor homeopathie, maar niet genoeg om in plaats van antidepressiva toe te passen. Zeker voor kinderen en jongeren is dit een bizar advies. Het bewijs dat antidepressiva bij deze groep werken is verdacht en er is wel bewijs dat ze suïcidaliteit en agressie bevorderen.
De adviseurs van de Europese academies van wetenschappers (EASAC) doen er in 2017 nog een schepje bovenop. Het is niet alleen bewezen dat homeopathie niet werkt, het is ook nog eens gevaarlijk door bijwerkingen en door onthouden van reguliere behandeling. Nu is hier onderzoek naar gedaan in de wereldliteratuur over 34 jaar, door verklaarde tegenstanders van homeopathie. Zij vonden over die periode zegge en schrijven vier overlijdens die zij toeschreven aan homeopathie. Dit terwijl jaarlijks in de EU ongeveer 200.000 mensen overlijden aan bijwerkingen van reguliere medicijnen. Hetzelfde onderzoek vond 16 gevallen van schade door onthouden van reguliere behandeling (wereldwijd in 34 jaar), terwijl in Nederland per jaar 40.000 kinderen en jongeren antidepressiva voorgeschreven krijgen.
Hoeveel doden mag de positie van de wetenschappers kosten?